Cursussen

Algemeen

Sinds 2006 verzorg ik muziekcursussen over diverse onderwerpen. Momenteel doe ik dat o.a. in Voorburg, Den Haag en Delft en bij de Volksuniversiteiten van Oegstgeest en Lisse.
Via de tabbladen op deze pagina kunt u meer lezen over de diverse cursussen die ik aanbied.

Een ontdekkingsreis door Klassieke muziek

Luistert u graag naar klassieke muziek, maar weet u eigenlijk niet wat u hoort? Dan is deze cursus iets voor u. U leert al luisterend diverse componisten, muziekgenres en verschillende muziekinstrumenten kennen. In 20 lessen doorlopen we de muziekgeschiedenis vanaf de Middeleeuwen tot 1950. De cursus is verdeel in 4 delen van elk 5 lessen, maar u kunt ook afhankelijk van uw belangstelling één deel volgen of instromen. De cursus wordt niet alleen geïllustreerd met talloze muziekvoorbeelden, maar ook met veel foto- en filmmateriaal. Van elke les ontvangt u na afloop een korte hand-out inclusief een lijst van alle gehoorde muziekvoorbeelden.

Deze cursus is bedoeld voor mensen die geïnteresseerd zijn in klassieke muziek en er graag meer van willen weten. De cursist hoeft geen noten te kunnen lezen.

Overzicht inhoud

Over Troubadours, zingende priesters en Hof-musici (periode Middeleeuwen, Renaissance en Barok)
We starten in de Middeleeuwen en maken kennis met de eenvoudige vocale muziek van troubadours en zingende priesters uit die tijd. Deze geestelijken ontwikkelden gedurende de Renaissance (1400-1600) de vocale muziek tot een uitzonderlijk ingenieus en schitterend stemmenspel, terwijl hof-musici zich veelal wierpen op melancholieke luitliederen. We volgen met het intreden van de Barok rond 1600, de ontstaansgeschiedenis van de instrumentale muziek, waarbij we een fiks aantal Europese hoven zullen aandoen. Welke componisten waren in al deze periodes populair en welke compositievormen werden het meest gebruikt? De muziekpraktijk zal dan ook een rode draad door deze cursus zijn, want waar werd klassieke muziek nu eigenlijk uitgevoerd en wie waren de mensen die de muzikale modes bepaalden? Ook enkele muziekinstrumenten uit deze tijd komen voor het voetlicht.

 

De Klassieke tijd (periode 1775-1840)
In deel 2 komen onder meer de volgende onderwerpen aan bod: de periodes Sturm und Drang, Klassieke tijd en een stukje Romantiek. We besteden aandacht aan onder meer de componisten Haydn, Mozart, Beethoven, Schubert, Schumann, Chopin en Berlioz, maar we leren ook componisten kennen die toen zeer beroemd waren en nu uit het gehoor zijn verdwenen. U maakt kennis met de genres symfonie, pianoconcert, strijkkwartet, lied en het korte pianostuk en er is veel aandacht voor de wereld waarin dit alles plaatsvond en de veranderende omstandigheden van de componist. Tevens maakt u kennis met een aantal instrumenten uit deze periode.

 

Van Romantiek naar eenvoud? (periode 1840-1900)

We begeven ons in de Romantische beweging die in deze jaren haar hoogtepunt beleefde, maar tegelijkertijd onderuit gehaald dreigde te worden door nieuwe muzikale ideeën. We volgen enkele componisten die met hun muziekfilosofie lijnrecht tegenover elkaar kwamen te staan en maken kennis met een frisse muzikale wind uit Frankrijk. Kortom, de tweede helft van de 19e eeuw was een roerige tijd, waarin zich meerdere muzikale wegen konden ontwikkelen.
Via diverse genres maken we kennis met een keur aan componisten en hun muzikale ontwikkelingen. Zo zal er aandacht zijn voor de symfonie, kamermuziekwerken en het lied met onder meer Schumann, Mendelssohn en Brahms, religieuze muziek (o.m. Berlioz, Verdi en Bruckner) en we ontmoeten een aantal Franse componisten en hun specifieke ideeën (o.m. Lalo, Saint-Saëns, Fauré en Franck). Franz Liszt was niet alleen een beroemd en berucht pianist, maar ook de creator van een geheel nieuw symfonisch genre, dat onder meer navolging vond bij Richard Strauss. Een vreemde eend in de bijt, maar bijzonder interessant is de liederencomponist Hugo Wolf evenals de rebel Erik Satie. We besluiten de eeuw met twee giganten van de symfonische muziek (Bruckner en Mahler) en de vernieuwende denker Claude Debussy, die ons muzikaal al half de 20ste eeuw in zal loodsen.

 

De knotsgekke 20e eeuw (periode 1900-1950)
In het laatste deel bestuderen we de roerige muzikale ontwikkelingen binnen de klassieke muziek, die zowel in Wenen als Parijs gedurende de periode 1900-1950 plaatsvonden. Componisten die langskomen zijn onder meer Satie, Debussy, Stravinsky en Schönberg, maar we volgen ook componisten als Sibelius, Bartók, Shostakovich en Britten. Amerika blijkt op compositorisch gebied een volwaardige partner van Europa te gaan worden met onder meer Ives, Copland en Gershwin en we kijken naar het ontstaan en de ontwikkelingen op het gebied van Ragtime en Blues. De vraag die zich daarbij voordoet is, of deze nieuwe genres invloed hadden op de klassieke muziek in Europa?

Lang leve de opera!

Er is waarschijnlijk geen enkel ander muziekgenre dat zo tot de verbeelding spreekt als de opera. Ontstaan rond 1600 in Italië, is de opera nog steeds springlevend. Bijna alle componisten tot aan vandaag, hebben zich gewaagd aan het schrijven van een opera. Hierdoor is niet alleen een immens maar ook zeer divers repertoire ontstaan.

Alle cursussen worden geïllustreerd met talloze muziekvoorbeelden, foto- en filmmateriaal. Van elke les ontvangt u na afloop een korte hand-out met tevens een link naar alle gehoorde muziekvoorbeelden.

Deel 1
In het eerste deel van deze meerdelige cursus volgen we de ontstaansgeschiedenis van de opera in Italië. Stukje bij beetje zien we het genre zich tijdens de Renaissance ontwikkelen. Rond 1600 glijden we ongemerkt de Barokperiode in en zullen we de eerste operastijlen gedurende de eerste vijf lessen tot ongeveer 1700 volgen. Componisten die voorbij komen zijn onder meer Monteverdi, Cavalli, Cesti, Lully, Purcell en nog vele anderen.

Deel 2
In het tweede deel van de geschiedenis van de opera behandelen we in zes lessen grofweg de 18e eeuw. We starten rond 1700 in Italië waar de ontwikkelingen niet stil hebben gestaan. We maken kennis met de opera seria en de opera buffa en zullen zien of deze ook de overige Europese landen kunnen bekoren, of dat deze zich een eigen stijl weten aan te meten. Ook nu passeren zowel bekende als minder bekende namen waaronder Marin Marais, Alessandro Scarlatti, Bononcini, Vivaldi, Telemann, Rameau, Handel, Pergolesi, Jomelli, Gluck, Haydn en we besluiten met Mozart.
De aandacht zal ook in dit deel niet alleen naar de componisten en hun werken gaan, maar ook naar de mecenassen die, ondanks de publieke theaters, nog steeds aan de touwtjes trekken en ook ontdekken we dat het politieke toneel in Europa de oorzaak is voor diverse muzikale verschuivingen.

 

 

 

 

 

 

 

‘Van Biedermeier tot Muziekdrama’

In deze cursus leert u meer over de wereld van de opera in de 19e eeuw en maakt u kennis met veel verschillende operastijlen. Zo zullen we zien dat ondanks de censuur van Metternich er sprankelende Biedermeier-opera’s tot stand kwamen. In Parijs vierde de Romantische opera van de Italianen triomfen, maar de Fransen trokken het genre naar zich toe en vonden hun eigen Grand Opéra en Opéra Comique uit. We besteden ook aandacht aan het ontstaan van de operette en kijken naar diens Spaanse variant de Zarzuela. De muzikaal geheel eigen opera’s uit Rusland, Tsjechië en Duitsland zullen niet ontbreken en alhoewel Engeland worstelde met het creëren van een eigen Engelse opera, kwam daar een genre tot stand, dat wereldwijd een groot succes bleek te zijn. We gaan ook de zeer serieuze kant van de opera bestuderen door het ontstaan van het Muziekdrama te volgen. U zult ontdekken dat het genre opera in de 19e eeuw diverse smaken had en kleurrijker was dan ooit.

Muziek uit het Hoge Noorden

Vraagt u zichzelf ook wel eens af of er in de noordelijke landen nog meer componisten zijn dan Grieg, Sibelius en Pärt? In deze cursus wordt u meegenomen naar deze veelal onbekende landen en hun bekende en soms voor ons ook minder bekende componisten. We zullen ontdekken dat de liefde voor de eigen volksmuziek een grote inspiratiebron is geweest voor veel componisten. Polen kennen we meestal alleen van Chopin, maar wat gebeurde daar nog meer op muzikaal gebied? Ook de componisten uit de zich sterk ontwikkelende Baltische Staten worden meegenomen in dit muzikale overzicht.

De cursus wordt niet alleen geïllustreerd met talloze muziekvoorbeelden, maar ook met veel foto- en filmmateriaal. Na elke les ontvangt u een lijst van alle gehoorde muziekvoorbeelden.

Met de muziek mee

Componisten en musici hebben altijd gereisd. In het verleden kwamen componisten op hun reizen in aanraking met nieuwe muziek, andere muzikale smaken, andere manieren van het spelen van muziek. In deze zesdelige cursus volgen we in deel 1 de reizen die Wolfgang Amadeus Mozart maakte naar Italië, Mannheim en Parijs, waarbij de focus ligt op de werken die tijdens én geïnspireerd door deze reis zijn ontstaan. Daarnaast ontmoeten we de Leidse Baron van Swieten, die meerdere componisten stimuleerde en ondersteunde. Om een goed beeld te krijgen van het muziekleven uit die tijd raadplegen we tevens de eerste muziekhistoricus Dr. Charles Burney, die heel Europa doorreisde om als eerste een geschiedenis van de muziek te schrijven. Door deze figuren in een tijdsbestek van ongeveer 10 jaar te volgen op hun reizen naar Italië, Berlijn, Mannheim, Parijs en Wenen, maken we naast Mozart ook kennis met componisten die in hun tijd zeer beroemd waren zoals Sammartini, Tartini, Jomelli, C.Ph. E. Bach, Benda, Toeschi, Stamitz, Hasse, Gluck en Piccinni.

 

 

 

 

 

 

 

 

In deel 2 volgen we de reizen die Felix Mendelssohn maakte naar Engeland, Schotland en Italië en de muzikale ontdekkingstocht van Antonin Dvorák naar de Nieuwe Wereld, Amerika. Als er iemand veel kilometers in zijn leven heeft afgelegd, dan is dat de Hongaarse pianist en componist Franz Liszt. Van de vele muzikale inspiraties die hij opdeed kijken we in de laatste les naar zijn verblijf in Zwitserland en Italië.

Deze cursus wordt gegeven in de vorm van een hoorcollege. Na afloop van elke les ontvangt u een lijst met informatie over de gespeelde muziekfragmenten.
Aantal lessen: 6 van elk twee uur.

Over blazers en strijkers of hoe klinkt een symfonieorkest?

Een tweedelige cursus over de instrumenten van het symfonieorkest

Vraagt u zich ook wel eens wat bijvoorbeeld het verschil is tussen een viool en een altviool, of een hobo en een klarinet? Hoe klinken deze instrumenten en hoe kunt u deze herkennen in het orkest? In deze korte tweedelige cursus leert u meer over de verschillende instrumenten van het symfonieorkest. Ondersteund door afbeeldingen, talloze geluidfragmenten en filmpjes, leert u de specifieke kenmerken van alle orkestinstrumenten kennen en ook hoe deze instrumenten muzikaal door componisten ingezet worden.